Baron Karl von Drais bedacht een zogeheten……………. Deze bestond uit een ……………frame, houten wielen met een ijzeren velg, een zeer primitief zadel, een primitief stuur, en een soort rem op het…………... De loopfiets had geen…………………; de berijder bewoog zich voort door zich af te zetten tegen de grond. Het eerste exemplaar ontstond in 1816. Von Drais noemde zijn toestel naar zichzelf een …………. De naam leeft nog voort in het wagentje dat door spoorwegarbeiders wordt gebruikt.
![](http://home.student.uva.nl/judith.manni/ONTWIK_1/Draisine/1817vonDrais.jpg)
![](http://home.student.uva.nl/judith.manni/ONTWIK_1/Draisine/draisborstbeeld.jpg)
Hoewel de berijder van de ……………de voeten op de grond hield, was toch heel wat balanceerkunst nodig. Dit werd vervelend gevonden, en decennia lang werden daarom driewielers en vierwielers gebouwd. Ze werden aangedreven op de manier waarop een spinnewiel of scharensliep wordt aangedreven, met een trapplank en een ……………….
Pas in 1861 ontstond weer een toestel dat op onze fiets leek. Het was een………………., gebouwd door de Fransman Pierre Michaux en zijn zoon Ernest. Hun ………………had een ijzeren frame, en ijzeren wielen. Aan de voorwielen waren …………….gemonteerd; deze voorloper van onze fiets kende nog geen………………………….
![](http://home.student.uva.nl/judith.manni/ONTWIK_1/Velocipede/1866michaux.jpg)
![](http://home.student.uva.nl/judith.manni/ONTWIK_1/Velocipede/michaux.jpg)
Door het ontbreken van een ……………………was er ook geen overbrengingsverhouding. De snelheid van de fiets kon alleen maar worden opgevoerd door het wiel waarop de trappers waren gemonteerd steeds …………te maken. Zo ontstond rond 1870…………., een fiets met een zeer groot voorwiel, en een ……….achterwiel. Het balanceren op zo'n hoge fiets was niet gemakkelijk, en bij obstakels op de weg schoot de berijder over zijn voorwiel. De….…………..die gezien wordt als de start van het ………..tijdperk was de Ariel gebouwd door James Starley in 1871. Het was een stalen fiets (geen houten wielen) met radiaal geplaatste spaken.
![](http://www.miniatuurfietsen.nl/Ariel/1870Ariel.jpg)
![](http://www.miniatuurfietsen.nl/Ariel/JamesStarley.jpg)
In 1868 werd de eerste fiets met een ………………..gebouwd. De trappers zaten nu niet meer aan het wiel, maar aan het…………... Aanvankelijk werd deze aandrijving op driewielers toegepast. In 1885 bouwde John Kemp Starley de Rover, een fiets met een…………………, en een frame uit………………. De beide wielen waren vrijwel even groot. Dit type fiets werd …………….. genoemd, omdat het fietsen erop veel veiliger was dan op de hoge bi.
In 1888 vroeg John Dunlop patent aan op………………………., die de banden van massief rubber vervingen. Daarmee was de ontwikkeling van de fiets vrijwel voltooid. (Het patent moest hij later weer intrekken omdat Thomson hem in 1845 al voor was geweest. Hij behield het patent op………………..)
![](http://sainte-gamelle.com/histoire_en_gros/histoire_pics/Dunlop.gif)
Sindsdien is er aan het ontwerp van de fiets niet zoveel meer veranderd. Wel worden tegenwoordig andere ……………….toegepast. De frames worden thans vooral gemaakt van ……………of staal, maar voor duurdere sportfietsen worden ook wel metalen als …………….en …………….. gebruikt. Ook kunnen (delen van) frames gemaakt worden van………………. Ook voor de wielen worden soms andere materialen gebruikt, en er bestaan fietsen met ……………………in plaats van kettingsaandrijving. Maar de meeste fietsen lijken nog sterk op de Rover uit 1885.
![](http://www.ethesis.net/wielerbaan/wielerbaan_afb/wb_bl_1_4.jpg)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten